De Jeugd Onzer Koningin

 alle afbeeldingen


Een moeder vertelt haar kinderen hoe 'ons Kroonprinsesje de prettige onbezorgde jaren harer jeugd doorbracht.'

"De Koning was een goed vorst voor zijn land en zijne onderdanen, en daar de Koningin door hare grote vriendelijkheid en minzaamheid voor oud en jong, voor rijk en arm, ook aller harten gewonnen had, was er zeer zeker geen vorst en vorstin in de geheele wereld, die door het volk meer bemind werden dan zij.

Die Koning en Koningin hadden een eenig dochtertje. Het Prinsesje had nog drie oudere broeders gehad, maar daar die allen gestorven waren, zoo was zij bestemd eens haar vader op te volgen in zijn rijk. "Holland...." (moeder zag heel goed, hoe de twee "grooten", de ooren op eens spitsten als verraste muisjes, maar zij hield zich, alsof zij niets bemerkte) "Holland zoo heet het rijk der toekomstige jonge Koningin, is slechts een klein, maar gelukkig land...."

"Gaat U ons vertellen van het prinsesje," vroeg Suze nu belangstellend.
"Ja," zeide mama, "ik ga vertellen, hoe ons Kroonprinsesje de prettige jaren harer jeugd doorbracht."


Er wordt in dit boek (en ook in 'Van prinsesje tot koningin') een zeer idyllisch beeld geschetst van de jeugd van Wilhelmina.

Dit beeld is in flagrante tegenspraak met de herinneringen van Wilhelmina zelf, die in haar boek 'Eenzaam maar niet alleen' spreekt over een 'gouden kooi'.

De Jeugd Onzer Koningin

door

Louise B.B.

Met illustratiën

Uitgegeven met voorkennis en onder goedkeuring van Hare Majesteit De Koningin-Regentes

Rotterdam, Nijgh & van Ditmar 1891

46 pagina's, 10 blz. chromolithografieën met cirkelvormige en rechthoekige inzetjes

De litho's zijn afkomstig uit het atelier van Emrik & Binger te Haarlem en gaan deels terug op ontwerpen van Charles Rochussen

Achterin een naamlijst van inteekenaren

Bevat afbeeldingen van Wilhelmina in een koets, in huis met moeder Emma, met haar hond, bij het eendjes voeren, in het hertenkamp, bij de duiven, met haar speelgoed, haar pony, in een rijtuig en in een roeiboot.